Apka, Bapka en Kapka waren op zoek naar een schat. Wat voor schat? Dat wisten ze niet. Waar die lag? Dat wisten ze niet. Of die bestond? Ook dat wisten ze niet. Maar het is altijd leuk om op zoek te zijn naar een schat.
Tenminste, als alles goed gaat. Maar het ging niet goed. Apka kon namelijk niet verder kijken dan haar neus lang was. Dat was vervelend. Ze zag bijna niets. Apka zag Bapka niet en Kapka niet en ook geen andere mensen. Daardoor dacht ze alleen maar aan zichzelf. Dat heb je met mensen die niet verder kunnen kijken dan hun neus lang is. Bapka en Kapka vonden dat ze naar een dokter moest die Apka’s neus langer kon maken. Dan zou ze meer zien. Maar de dokter vond dat geen goed idee. ‘Je moet naar Ben Bril,’ zei hij, ‘dat is de beste brillenmaker van het land. Apka, Bapka en Kapka gingen naar Ben Bril. Hij was een goede brillenmaker. Apka kreeg een bril waardoor ze dingen zag die ze nog nooit had gezien: mensen, haar vriendinnen, vogels en ook nog naaktslakken; maar die vond ze wat minder.
Nu konden Apka, Bapka en Kapka verder zoeken naar de schat. Het is altijd leuk om op zoek te zijn naar een schat. Tenminste, als alles goed gaat. Maar het ging niet goed. Bapka zag namelijk alles donker in. Daardoor was ze altijd erg somber. Ze twijfelde of ze de schat ooit zou vinden. Maar Ben Bril was niet alleen een goede brillenmaker, hij was een hele beste. Hij gaf Bapka een bril waardoor ze dingen zag die ze nooit had gezien: licht, kleuren, de zon en ook nog stoplichten; maar die vond ze wat minder.
Nu konden Apka, Bapka en Kapka verder zoeken naar de schat. Het is altijd leuk om op zoek te zijn naar een schat. Tenminste, als alles goed gaat. Maar het ging niet goed. Kapka had namelijk een kille blik. Daardoor was ze altijd onaardig. Als Apka haar knie had geschaafd, haalde Kapka geen pleister, maar zei dat ze zich niet moest aanstellen. Als Bapka verliefd werd op een leuke jongen, was Kapka niet blij voor haar, maar zei dat jongens nooit leuk zijn. Je begrijpt dat de jongens haar ook nooit leuk vonden. Nu was Ben Bril niet alleen een hele beste brillenmaker, hij was een bovenste beste brillenmaker. Hij gaf Kapka een bril waardoor ze dingen zag die ze nog nooit had gezien: mooie bloemen, verliefde jongens, warme wafels en ook nog warme ijsjes; maar die vond ze wat minder.
Zo konden Apka, Bapka en Kapka eindelijk verder zoeken naar de schat. Het is altijd leuk om op zoek te zijn naar een schat. Tenminste, als alles goed gaat. Nu ging alles goed. Dat vertelden ze aan Ben Bril. ‘Hebben jullie de schat dan gevonden?’ vroeg hij verbaasd. ‘Jawel,’ antwoordden ze. We zien overal schatten: vriendinnen, kleuren, verliefde jongens, de zon. We zien zelfs naaktslakken, stoplichten en warme ijsjes; al zijn die wat minder. Ben Bril lachte. Hij wist wat elke goede brillenmaker weet: als je maar goed kijkt, met een wijde blik, dan zie je overal schatten.