
Je bent mooi

Ze zaten beiden voor hun huisje. De man leunde op zijn stok. Hij kon niet meer zonder stok over straat. Dat heb je als je ouder wordt. Hij keek opzij naar zijn vrouw die naast hem op een stoel zat. ‘Je bent mooi,’ zei de man tegen zijn vrouw. ‘Hoe kan dat nou?’ antwoordde ze, ‘ik ben al stokoud. Mijn haar is grijs, mijn gezicht zit vol rimpels en mijn lichaam is oud.’ ‘Dat bedoel ik,’ zei de man, ‘ik houd van je grijze haar, je gerimpelde gezicht en je oude lichaam. Ik vind alles mooi aan je, omdat er geen mens is die zo liefdevol naar mij kijkt als jij.’